Donderdag 22 Oktober.

 

Eerlijk gezegd ben ik er nog steeds kapot van, ik vind het vreselijk. Het idee dat Ruud nu een ander heeft is afschuwelijk. Ik moet er de hele tijd aan denken. Afgelopen dinsdag ben ik toch maar gaan poetsen, had er heel lang over nagedacht, zo van ga ik wel of niet.

In eerste instantie wilde ik ook niet gaan, maar ik dacht, als je nu afmeldt laat je je wel kennen, dus…ben ik toch maar gegaan. Gelukkig was er niemand, Ruud niet en ook zijn nieuwe vlam niet. Ik kon ook niks ontdekken wat er op wees of ze veel bij hem in huis was.

Geen was, geen make-up, niks. Dus dat was een hele geruststelling. Er lag ook geen briefje klaar, enkel het geld, dus heb ik wat lopen rommelen en hier en daar wat gesopt, alleen het hoognodige, verder niks. Ben wel gebleven tot het tijd was om naar huis te gaan, even de krant doorgenomen en wat lopen tutten.

Wim heeft niks in de gaten en dat is maar goed ook, wel vroeg hij gisteravond of er iets was waar ik me zorgen over maakte. Ik schudde mijn hoofd en zei dat ik me niet lekker voelde, meer niet. Hij zei dat ik  op de bank moest gaan liggen, dus heb ik dat gedaan, niet omdat ik dat wilde, maar meer omdat ik wilde proberen wat te slapen, maar dat lukte niet, ik slaap sowieso nu heel slecht en voel me echt kut. Misschien moet ik toch iets anders gaan zoeken, misschien, ik weet het echt niet.

Was wel blij dat ik afgelopen weekend kon gaan werken, dat vind ik leuk, zeker omdat er meestal wel iets grappigs gebeurt. Zoals afgelopen zondag. Zo rond een uur of acht kwam er een man naar binnen,  hij  begroette me en bleef even staan. Ik lachte naar hem, maar zei niks. Ik dacht ook nergens over na, tot hij ineens zei: ‘Mag ik u iets vragen?’

Ik knikte en keek hem vragend aan.

‘Het klinkt misschien stom,’ begon hij, ‘maar ik heb niemand aan wie ik dit kan vragen. Ik woon alleen en heb bijna geen vrienden. Niet dat ik dat erg vind, nee, ik ben graag alleen, dat vind ik prettig. Niemand die me stoort, hoewel, vorige week kreeg ik telefoon van een vroegere vriend van me.’ Hij aarzelde even en keek naar de deur, maar die bleef dicht.

Ik lachte geruststellend naar hem en bekeek hem nogeens goed, hij zag er gewoon normaal uit, niks bijzonders, een man zoals veel andere mannen. Netjes gekleed, middelbare leeftijd, maar goed, toen hij zag dat we nog steeds alleen waren ging hij verder. ‘Die vriend wilde me nog eens terug zien, hij stelde voor om samen een keer naar de sauna te gaan, Hij zei dat hij dat vaker deed en het heel ontspannend vond. Ik heb gezegd dat ik er nog over na wilde denken en hem terug zou bellen.’

Ik knikte vriendelijk en bleef hem nieuwsgierig aankijken.

‘Nu is het zo,’ ging hij nerveus verder, ‘ik ben nog nooit in een sauna geweest en weet niet precies hoe het daar aan toe gaat.’

Ik lachte en zei: ‘Het is wel fijn en inderdaad ook heel ontspannend, er zijn allerlei soorten baden waar je van kunt genieten. Stoombaden,  baden waar ze opgietingen doen, relaxruimten, van alles, het is inderdaad  heerlijk.’

‘Ja, ja, dat weet ik, maar ik heb gehoord dat je daar naakt moet lopen en daar zie ik erg tegen op.’ Hij lachte een beetje en werd nog nerveuzer.

Ik ging goed zitten en zei: ‘Dat hoeft niet, er zijn ook dagen, waar je, als je dat wilt badkleding kunt dragen.’ Intussen vroeg ik me nog steeds af waarom hij dat met mij wilde bespreken.

‘Dat is leuk en fijn om te horen, maar als die vriend dat nu niet wilt, wat moet ik dan zeggen? Ik kan toch niet zeggen dat ik nog nooit in een sauna ben geweest en niet naakt wil lopen?’

‘Natuurlijk wel, dat kunt u gerust zeggen,  het is toch geen schande, er zijn wel meer mensen die nog nooit in een sauna zijn geweest.’

‘Dat weet ik, maar ik wil niet dat iemand mij bloot ziet, dat is het hele punt.’

Ik keek hem aan en wist niet wat ik moest zeggen, er viel me ook niks in. Hij zag het want hij boog zich een beetje naar voren en fluisterde: ‘Ik heb een hele kleine piemel en daar schaam ik me voor. Ik weet zeker dat ik de kleinste piemel van de hele wereld heb.’

Ik wist nog steeds niet wat ik moest zeggen, durfde hem ook niet meer aan te kijken,

‘Ik zie aan uw gezicht dat u me niet gelooft,’ ging hij verder. ‘maar, ik kan het bewijzen.’

Voordat ik er erg in had riste hij zijn broek open en liet hem zakken. ‘Kijk maar,’ zei hij. Automatisch keek ik naar zijn kruis, en inderdaad hij had gelijk! Hij had volgens mij inderdaad de kleinste piemel van de hele wereld. Het was niet veel meer dat een speldenknopje.  Ik draaide mijn hoofd weg en mompelde iets van. ‘Het is beter dat u nu gaat,’ Intussen keek ik naar de deur in de hoop dat er iemand naar binnen zou komen, maar dat gebeurde natuurlijk niet. Hij zag het en terwijl hij zijn broek optrok en dichtritste zei hij: ‘Ik had gehoopt dat u hem wilde vastpakken, want het schijnt dat hij daarvan gaat groeien, Tenminste dat zeggen ze altijd, maar er is nog nooit een vrouw geweest die dat gedaan heeft, dus zal hij wel altijd zo klein blijven.’

Gelukkig ging net op dat moment de deur open en hoefde ik niks meer te zeggen.  Ik zou ook niet weten wat ik had moeten zeggen! Echt niet! En eerlijk gezegd denk ik dat zijn piemeltje wel altijd zo klein zal blijven, of er moet ooit een vrouw komen die erg snel en met weinig tevreden is!

Please follow and like us:

6 antwoorden op “Donderdag 22 Oktober.”

  1. Wat zielig voor die meneer……Zo beleeft Margriet wel iedere keer van dit soort momenten hahaha. Enne wat ik ff wil zeggen, die Ria heeft geen fantasie……of het een waar verhaal is, schande…….

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *